woensdag 24 februari 2016

cassettebandjes gooien

Vorige week maakte Christian (de docente Engels) bekend dat zij vanaf maandag 22 februari voor een maand ergens anders zou gaan werken. Al snel werd duidelijk dat dit betekende dat wij haar lessen moesten overnemen. Christian geeft zelf ongeveer 16 uur in de week Engelse les, waarvan wij er acht gaan geven.
Maandag begon het avontuur, we moesten les geven aan klassen die we in Nederland groep 3 en groep 4 noemen. We begonnen de les door ons zelf voor te stellen in het Engels en in het Spaans, vervolgens moesten de leerlingen zich allemaal gaan voorstellen in het Engels met 'my name is ...'. Tot onze grote verbazing waren de kinderen extreem verlegen en kwam er weinig geluid uit hun mondjes, terwijl ze 15 minuten daarvoor nog tegen ons aan schreeuwden op de speelplaats.
Vorige week zagen we dat veel leerlingen door de les roepen en lopen als ze iets willen zeggen, daarom legde ik na het voorstelrondje uit wat onze regel is. Ik tekende een hand op het bord en schreef daar groot bij 'Cuando tiene un pregunta' (wanneer je een vraag hebt).
Tijdens de les heb ik de leerlingen een aantal keren moeten corrigeren, omdat ze het niet gewend zijn om hun hand op te steken, maar toch leerde ze het al snel en waren ze erg enthousiast over de Engelse les.
Het enthousiasme van de leerlingen kwam vooral naar voren toen we het gingen hebben over dieren. Ik vroeg de leerlingen in het Spaans om een aantal dieren (in het Spaans) op het bord te schrijven. Als we niet wisten welk dier het was vroegen we welk geluid het dier maakte. Vervolgens vroegen we de kinderen of ze de namen van de dieren ook in het Engels kenden, enkele wisten een aantal dierennamen te benoemen. We vulden de Engelse benamingen van de dieren aan en Jordy voegde nog wat dierengeluiden toe. Vooral het moment waarop Jordy een paard nadeed zullen de kinderen en de docente nooit meer vergeten.
Naast het benoemen van de dieren in het Engels en het voorstelrondje, hebben we ook gekeken tot hoever de leerlingen konden tellen in het Engels. Aan alle klassen geven we deze week ongeveer dezelfde les, de hogere klassen hebben we tot de 100 laten tellen, maar verder hebben we de les een beetje hetzelfde gehouden.
In een klas was het echter niet mogelijk om ook maar iets te doen met de kinderen. Ik heb het hier over de beruchte peuterklas. Het is een klas van ongeveer 40 kinderen van ongeveer vier jaar. Deze kinderen staan dagelijks strak van alle snoepjes (die nog eens tien keer zoeter zijn dan die in Nederland) die ze in de pauze kunnen kopen bij het snoepkraampje op het schoolpleintje en zijn dus ontzettend druk en kunnen zich vrijwel niet concentreren. Aangezien dit kinderen zijn van vier, kunnen ze nog niet eens verder tellen dan vijf in het Spaas, dus laat staan in het Engels. Voorafgaand aan deze les hebben Jordy en ik afgesproken om de dieren op het bord te tekenen, in plaats van te schrijven, omdat we wisten dat deze kinderen niet konden lezen. Ik kan niet zeggen dat ik een ware kunstenaar ben, maar ik kan toch wel degelijk een leeuw tekenen. Toen ik de leerlingen vroeg welk dier er op het bord stond reageerde de kinderen in koor: 'De zon!'. Ik heb uiteindelijk 6 dieren op het bord getekend waarvan ze er twee goed hebben geraden in het Spaans. We hebben nog geprobeerd de kleuren in het Engels te leren met duplo, maar ook dit ging er niet in bij de kinderen. Als de kinderen al tegen ons praten zeiden ze dat ze wilden spelen. Kortom, het was een vreselijke les waarin ik mijn stem ben verloren en mijn liefde voor schattige peutertjes, doe mij maar gewoon pubers. Een ding heb ik wel geleerd van deze klas en dat is dat ik me in Nederland niet moet aanstellen als het gaat om orde problemen.
Na onze les aan de peuters moest ik even bijkomen. We zijn even buiten de poort van de school gelopen waar twee jongetjes ons riepen. Ze waren de film van cassettebandjes in een boom aan het gooien, net zoals ze in de Verenigde Staten huizen met wc-papier bekogelen. In eerste instantie waren we een tikkeltje terughoudend, want ja het is toch de natuur die je bevuilt. Na lang aandringen hebben we toch maar een paar cassettebandjes de lucht ingegooid en het voelde heerlijk, We konden weer verder met de volgende les..

donderdag 18 februari 2016

Cultuurschok


Na een reis van 24 uur (inclusief de reis naar Schiphol) kwamen wij (Jordy en ik) op maandag 15 februari om 23:00 uur aan op het vliegveld in Managua. We zijn dus terug in de tijd gevlogen, heel apart, maar ook heel erg vermoeiend.
Op het vliegveld werden wij opgewacht door onze contactpersoon Bart. Onderweg naar ons appartement reden we langs erg armoedige woningen. Tot mijn grote verbazing stopte we al snel met rijden en kwamen we aan bij onze woning, deze lag tussen zo’n zelfde woningen als die ik onderweg zag. Sober zou je de woningen niet kunnen noemen, want ze zijn allemaal erg kleurrijk.
De volgende ochtend werden we meteen in het diepe gegooid. Bart bracht ons naar de school en stelde ons voor aan alle docenten, daarna verliet hij de school en moesten wij ons zien te redden met ons beste Spaans. Gelukkig houden de docenten er rekening mee dat we nog niet zo goed Spaans praten, door veel handgebaren te maken. Enkele docenten spreken gebrekkig Engels en het is dan ook onze taak om deze docenten Engelse les te geven en vooral te helpen bij de uitspraak van Engelse woorden.
Wat mij meteen opviel, was dat de Nicaraguanen erg aanhankelijk zijn. De kinderen knuffelen de docenten, de directeur en ons, zonder waarschuwing! Zo heb je ineens tien kinderen aan je arm hangen. Ook zijn de kinderen erg nieuwsgierig, ze willen weten hoe je ouders, broers, zussen, ooms en tantes heten en ze willen overal foto’s van zien (of zelf maken). De eerste les die we observeerde was best wel shocking, de kinderen luisteren heel slecht naar de leraar en rennen, springen, schreeuwen en klimmer door en uit het lokaal. Gelukkig zien ze er allemaal heel schattig uit, waardoor je ze alles zo weer vergeeft.
De tweede ochtend dat we naar school liepen zagen we een hond die er extreem mager uit zag, ik had hem graag eten willen geven, maar ik was te gierig om een rabiƫsprik te nemen, dus ik durf niet in de buurt van de dieren te komen. Toen we terug liepen van school lag de hond dood langs de weg, iets wat in Nederland waarschijnlijk zou zorgen voor een kringetje met ramptoeristen eromheen, maar hier kijkt er niemand van op of om.
Niet alleen de honden worden hier slecht verzorgd, maar ook de paarden zijn heel mager en die lopen hier met karren vol koelkasten, fornuizen en oud ijzer door de steegjes. In de ochtend wordt je vanzelf om 05:30 uur wakker, niet alleen omdat het heel erg heet is, maar ook omdat er een dier is dat vreselijk veel lawaai maakt. Sinds gister zijn we er achter dat het de vogel van de overburen is, een papagaai in een parkietenkooitje. Gelukkig hebben niet alle dieren het slecht, er lopen hier ook genoeg honden rond die wel een laagje vet op de ribben hebben.
Vandaag waait het hard, wat super fijn is, want het kan hier ongeveer 35 graden zijn overdag. Als de zon ondergaat rond 17:00 uur koelt het gelukkig een beetje af en is het hier rond de 25 graden, heerlijk dus. Het enige nadeel is dat onze koelkast al twee dagen kapot is, waardoor we al onze boodschappen weer hebben moeten weggeooien en al het drinken warm is. Gelukkig is er goed nieuws, want vandaag wordt er een nieuwe koelkast gebracht, met wel twee verdiepingen, een echte luxe hier!
Aangezien we geen wereldstekker bij hebben voor de laptop, zal het volgende blog geschreven moeten worden op onze mobieltjes.


Hasta luego!

onderin foto's van de leerlingen, de school en mijn kamer